
Joseph Cornell (1903-1972) woonde zijn hele leven bij zijn moeder en leidde nogal een kluizenaarsbestaan. Hij werd geacht voor zijn gehandicapte broertje te zorgen, vooral toen zijn vader overleed toen Joseph pas 13 jaar oud was. Hij woonde in New York en kwam zijn stad zelden uit. Als hij rondzwierf door zijn woonplaats, verzamelde hij allerlei spullen. Die zette hij in zijn ‘shadow boxes’; zelfgemaakte doosjes van hout. Zijn fascinatie voor het theater (met name ballet) en beroemde vrouwen waren vaak onderwerpen voor zijn kunstwerken.

Zelf een diorama of shadow box maken
Cornell’s verzamelingen bestonden uit foto’s, boeken, balletjes, ringen, een veer uit een klok of een oude pijp. Het maken van zo’n shadow box of ‘diorama’ is dus perfect voor kinderen die sowieso al regelmatig met broekzakken vol ‘schatten’ thuiskomen. Hoe je zo’n doosje maakt, zie je hieronder. Het recept voor mod podge kun je vinden in Artie Farty LAB als je die thuis hebt staan. Helaas is dit boek uitverkocht, maar je vindt het recept ook in deze blog.
Joseph Cornell in Nederlandse musea
In Nederland is het werk van Joseph Cornell opgenomen in de collecties van Boijmans van Beuningen in Rotterdam en Museum Voorlinden in Wassenaar (maar let op: het hangt niet altijd ‘op zaal’). Tot slot nog een paar leuke weetjes:
– Beide ouders van Joseph hadden Nederlandse voorouders.
– Cornell volgde nooit een kunstopleiding.
– In 1992 bracht de Nederlandse band the Nits het nummer ‘Soap bubble box’ uit over de kunst van Cornell.
– Hij had jarenlang een vriendschappelijke relatie met Yayoi Kusama, de Japanse kunstenares die al jaren (voornamelijk) stippenkunst maakt vanuit de psychiatrische inrichting waar ze woont.